Boeren in de Gronings/Friese Kleischil willen werken aan een meer natuurinclusieve landbouw. Gezamenlijk hebben zij hiervoor in een streefbeeld en actieplan doelen tot 2050 gesteld.
De bodem, als basis van het boerenbedrijf, is het uitgangspunt. Bij het gebruiken van gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest is nog veel vooruitgang te boeken. Ook ziet men veel kansen voor samenwerking tussen veehouders en akkerbouwers, zodat mest en veevoer onderling kunnen worden uitgewisseld.
In 2030 zijn er 1200 kilometer bloemrijke akkerranden en bermen voor meer biodiversiteit en krijgen kinderen op scholen voorlichting over waar voedsel vandaan komt en hoe het gemaakt wordt. Zoet water wordt opgevangen, zodat er in droge periodes genoeg water beschikbaar is en de verzilting kan worden tegengegaan. Het streefbeeld en actieplan werden vanmiddag aangeboden aan de landbouwgedeputeerden Staghouwer van Groningen en Fokkinga van Fryslân.
Breed draagvlak
In de noordelijke Kleischil (grofweg de schil van Harlingen tot Delfzijl) is het afgelopen jaar met veel betrokkenen, zoals Groningse en Friese boeren, agrarische natuurverenigingen, collectieven en dorpsbelangen gesproken over de toekomst van de landbouw. Een landbouw die moet veranderen, gelet op de afname van biodiversiteit, het veranderende klimaat en de toenemende vraag van de consument naar duurzaam geproduceerde producten. “We zien dat veel boeren hier al bezig zijn met het verbeteren van de kwaliteit van de bodem en het versterken van de natuur op en rond hun bedrijf. De grote en diverse opkomst tijdens de bijeenkomsten het afgelopen jaar geeft aan dat er breed draagvlak is voor een omslag in de landbouw. Bij boeren, maar ook bij natuurverenigingen en erfbetreders”, reageerde gedeputeerde Staghouwer.
Boeren aan het roer
Vertegenwoordigers van de boerencollectieven Waadrâne, Westergo en Midden-Groningen, LTO-Noord en Fjildlab hebben zich verenigd in een kernteam. Deze heeft in opdracht van de provincies Groningen en Fryslân met alle betrokkenen een streefbeeld voor 2050 bepaald. In het actieplan zijn doelen benoemd voor landbouw die de biodiversiteit helpt terug te brengen, klimaatbestendig is en een verdienmodel voor de boer oplevert. Het kernteam blijft betrokken bij de uitvoering van de plannen. Hiermee zitten boeren zelf aan het roer bij de overstap naar meer natuurinclusieve en klimaatbestendige landbouw. “Ik heb grote waardering voor wat hier is bereikt. In een proces van onder op, zijn mét de boeren stappen gezet in de gewenste richting. En dat is geen eenvoudige opgave. Iedereen; niet alleen boeren maar ook overheden, ketenpartijen en de consument, zal iets moeten bijdragen om de doelen voor biodiversiteit en klimaat te halen. Als provincies werken wij hier vanuit de Regio Deal natuurinclusieve landbouw zeker aan mee. Niet met nieuwe wet- en regelgeving, maar juist door te faciliteren en ruimte te geven voor initiatieven van onderop”, aldus gedeputeerde Fokkinga.
Hoogwaardige teelt van pootaardappelen
De noordelijke Kleischil is één van de 8 proeftuingebieden in de Regio Deal Natuurinclusieve landbouw waarin de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen werken aan een meer natuurinclusieve en klimaatbestendige landbouw.
Het Kleischilgebied is één van de belangrijke landbouwgebieden van Europa. Het onderscheidt zich door de hoogwaardige teelt van pootaardappelen voor de internationale markt en is hiermee belangrijk voor de voedselvoorziening in delen van de wereld. Het gebied bestaat uit een mix van akkerbouw en melkveehouderij.